Ik ga hier verder met de boel. Met een dooie boel. Dat zeggen we van een mislukt feestje of een uitgestorven straat. En van een oudjaarsavond zonder vuurwerk. Of een festival dat verregend is.
Ik zie zo een, twee drie geen toepassing van dit woord in de zorg in een ziekenhuis. In dat gebouw is er dag en nacht wel bedrijvigheid Er zijn steeds wel activiteiten, die gedaan moeten worden. Nooit een dooie boel.
Ik kom het dan wel tegen in verpleeghuizen. Maar ik wil dat eigenlijk daar niet meer zo noemen. Er zijn wel mensen die het over een dooie boel op een afdeling hebben. Ik vind dat echt vreselijk. Laten we daar toch een ander woord voor gebruiken.
We kunnen het beter niet over een dooie boel of een dood gewicht hebben. Dat staat zo harteloos. En het doet patiënten en personeel veel en veel te kort. Een heleboel tekort.
Spreek liever van een (on)rustige sfeer of een (on)gezellige sfeer.
Ik kan me wel voorstellen dat mensen in hun eigen woning kunnen merken, dat het in hun huis niet prettig of huiselijk voelt. In de loop van maanden en jaren is dat zo geworden. Zij hebben er geen kijk op, hoe ze het wel een beetje prettig kunnen houden. Daarom zou iedere eenling of individu “altijd “een een mantelzorger of buddy of maatje in haar of zijn buurt moeten hebben. Die de “boel” of de huisraad of de spulletjes een beetje verzorgen. We dienen elkaar te helpen om er voor te zorgen dat ieder er wel netjes bijzit. Ja toch.
maak het goed . zo goed als je kunt
ben