Alle begin is moeilijk. Juist het begin moet in orde zijn, anders kun je later helemaal verkeerd uitkomen. Een vriendin geeft schilderles. Wanneer een leerling bij voorbeeld een paard wil gaan schilderen, maakt onze vriendin de eerst opzet. Dan let ze op het perspectief in het schilderij. Waar moet iets komen te staan op het doek. Op welke hoogte komt de horizon Zij zorgt er voor dat het begin alvast klopt.
Alvast een begin. ” Gaat u alvast uw gezicht en handen wassen,” zegt de verzorgende aan de cliënt. “Dan doen we daarna samen de rest.”
Zo gaat het vaak in veel kamers bij veel cliënten. Dat is het mooie van alvast. Het begin is gemaakt. Het overige volgt.
Alvast bedankt.
We gebruiken dit alvast ook , als we iemand om een gunst vragen. Voorbeeld. Jij als moeder komt te laat bij de kinderopvang om je dochtertje op te halen. Je belt jouw moeder met de vraag of zij naar jullie dochtertje kan gaan. “Alvast bedankt.”
Na alvast kan van alles staan. Zoals:
alvast doen
alvast eten
alvast schrijven
alvast medicijnen innemen
alvast boodschappen doen.
alvast de bloedverdunner spuiten
Het woordje “alvast ” lijkt wel belangrijk. Je kunt ervan op aan dat iemand echt iets doen, wat is gevraagd. Wil jij alvast? Fiets jij alvast. Samen fiksen we het wel. Zo gaat het goed komen, met waar we beiden met bezig zijn. Dat zorgt voor een goed contact. Dat is ook goed voor de zieke en eenzame zelf.
maak het goed. zo goed als je kunt
ben