Gistermorgen verliet ik tamelijk snel de oefenruimte van de fysio. Met behoorlijke vaart duwde ik een van de dubbele deuren van mij af naar de gang. Mijn fysiotherapeut duwde even hard mee met de andere deur. Op datzelfde moment willen een fysiotherapeut en haar cliënt naar binnen. Zij waren echt geschrokken en dachten dat er iets ernstigs in de zaal was gebeurd.
Ik vind dat je ziekenhuizen en verpleeghuizen best wel eens schrikhuizen mag noemen. Daar gebeurt altijd wat. Met jezelf of met een ander. Schrikken is een heel menselijke reactie, als je een slecht bericht hoort. Als iets onverwachts gebeurt.” Ik ben me rotgeschrokken.” Als er iemand met verkeerde bedoelingen je huis binnenloopt. Mijn leefgenote hield van en auto ongeluk een whiplase over. Dat maakt haar dertig jaar later nog steeds schrikachtig
Een beetje schrikken is nog daar aan toe. Maar de schrik slaat je om je hart bij ernstige problemen. Bij een ongeluk, bij vermissing van je kind. Je hoort dat je dochter een hartstilstand heeft.
We zeggen het wel eens; ” Ik schrok me dood, toen ik het hoorde.” Ik heb eens gelezen dat mensen van schrik ineens niet meer kunnen praten. Of dat het hoofdhaar helemaal begon uit te vallen. Soms meen ik dat ik met mijn dwarslaesie schrikkeriger ben dan zonder. Ik weet trouwens niet of je dat schrikachtige ook kunt verminderen of kunt afleren.
maak het goed. zo goed als je kunt
ben